Beloning: miljoenen euro’s

Eén eigenaar vinden voor de inleen van personeel bij inleners van personeel is erg ingewikkeld. Zeker bij grote en middelgrote organisaties. En dat maakt het complex om integrale (strategische) verbeteringen op het gebied van inleen van personeel te realiseren. Of het nou gaat over het definiëren van een nieuwe inleenstrategie, integrale procesverbeteringen, systeemondersteuning, een nieuw sourcing(inkoop)model of om aanpassingen in de inleenorganisatie.

Naast het “ontbrekende” eigenaarschap zijn er uiteraard andere factoren die invloed hebben op het moeizaam tot stand komen van inleenverbeteringen zoals cultuur, de “inleenvolwassenheid ©” , en de inleenambities van inlenende organisaties. In mijn andere columns zal ik op deze factoren nader ingaan.

Terug naar het eigenaarschap. Belanghebbenden zijn de functionele eigenaren zoals Procurement, HRM, Finance, IT en Directie. Dan zijn er de inleenafdelingen die zich bezighouden met resource en kennismanagement, beheren van eigen interne resource poules (met eventueel externen) en interne en/of externe inhuurdesks. En hoewel als laatste genoemd zeker net zo belangrijk, de budgethouders, leidinggevenden en de aanvragers (de interne klant). Het gaat er uiteindelijk om dat bij hen op de werkvloer de juiste mensen geleverd worden!

De functionele eigenaren, inleenafdelingen en interne klant zijn procesmatig te verdelen in twee “kampen”. Namelijk het aanvraag en het administratieve “kamp”. Bij de aanvraagprocessen is het voornamelijk de interne klant (de aanvragers) die de beste kwaliteit en beschikbaarheid verlangt en zo weinig mogelijke administratie rompslomp wil. (HR) Procurement wil graag sturen op de tarieven, inkoopomzet en het aantal intermediairs reduceren. Bij het administratieve traject is vooral Finance de belangrijkste belanghebbende. Finance wil 100% grip en inzicht hebben op en in de verplichtingen en kosten. Daarnaast wordt in het bijzonder Finance vaak geconfronteerd met het vervolg van een niet soepel lopend proces, namelijk met (veel) foute inleenfacturen.

Erg belangrijk om hierbij te beseffen is dat de belangen van de interne klant verschillend zijn per functiegroep. Bedrijven lenen meestal verschillende functiegroepen in. Per functiegroep is de werkwijze, het belang, en (type) eigenaar verschillend. De “eigenaar” van de inleen van lassers is niet dezelfde eigenaar van de inleen van administratieve krachten. De inleenstrategie, het inkoopmodel, het type intermediairs en de inrichting van (planning en aanvraag)processen kan dan ook behoorlijk verschillen per functiegroep.

Gezien de verschillende belanghebbenden is het een uitdaging om integrale inleenverbeteringen te realiseren. Zeker als er uiteindelijk budget gevonden moet worden om de verbeterplannen uit te voeren.

Kortom, het is complex voor de inlener om alle kikkers in de kruiwagen te krijgen én te houden. Een goed en zorgvuldig veranderproces, waarbij alle belangen goed worden begrepen en afgewogen is echter cruciaal. (Ingeleend) personeel is de kritische succesfactor voor veel organisaties. Eenzijdig afgedwongen verbetermaatregelen door bijvoorbeeld één functionele eigenaar houden meestal geen rekening met details die zeer belangrijk zijn om de inleen van personeel integraal efficiënter en effectiever te organiseren.

Voorbeelden van dit soort eenzijdige maatregelen zijn o.a. het afsluiten van een beperkt aantal raamcontracten dat alle functiegroepen moet afdekken en alle overige inleen (maverick buying) te verbieden. Of om generiek een maximum te stellen aan het aantal in te lenen externen. Organisaties (of onderdelen van) met grote projecten kunnen juist belang hebben bij een grote flexibele schil.

U als intermediair roep ik op om met deze achtergrondinformatie te denken vanuit de inlener en begrip te tonen voor de verschillende belangen. Vergis u niet, u kijkt dagelijks in verschillende “inleenkeukens” en bent daardoor in staat om een belangrijke bijdrage te leveren voor inlenende organisaties om te komen tot effectieve en efficiënte verbeteringen in de totale inleenketen. En hierdoor is het mogelijk om de kosten in de totale inleenketen met miljoenen euro’s te verlagen.